Glas maken
Hoe wordt glas gemaakt
Dat er zand, soda en kalk nodig is om glas te maken is bekend. En we weten dat er een hoge temperatuur bij nodig is. Zand smelt namelijk bij een temperatuur boven 1700° Celsius.
Dat kan bereikt worden in speciale ovens, maar bij zo’n hoge temperatuur is het zwaar om te werken en de energiekosten zijn extreem hoog. Om er voor te zorgen dat het zand bij een lagere temperatuur smelt wordt soda toegevoegd. En om het glas voldoende hard te maken voegt men kalk toe. Voor meer informatie over glas, soorten glas en de fabricage van glas kunt u Glas-Wikipedia bekijken.
Technieken van ons glas
We richten ons in navolgende op de technieken die bij het maken van onze producten worden toegepast.
Blaastechniek en hete oven
Het meeste van ons glaswerk is gemaakt in kleine glasblazerijen in Tsjechië. Ze gebruiken ovens met een temperatuur tussen de 1200 – 1400 graden. De temperatuur is afhankelijk van het soort glasblazerij en de samenstelling van ingrediënten die ze gebruiken. Daarbij wordt de blaastechniek toegepast.
Het glasblazen is een zeer arbeidsintensief proces en het is vaak teamwerk. Degene die het meest gekwalificeerd is en die de meeste ervaring heeft is de hoofdblazer/meester. Hij heeft één of twee helpers die helpen om het glas uit de oven te halen, voorbereidingen te treffen en gereedschappen aangeven. Iedereen heeft een duidelijk taak en goede samenwerking is voorwaarde om het product af te maken met een hoge kwaliteit. Het glas moet bij de juiste temperatuur verwerkt worden. Timing en precisie zijn essentieel omdat het glas snel afkoelt.
In de hete ovens worden wordt het mengsel van zand, kalk en soda omgetoverd tot een vloeibare substantie. Door de warmte heeft deze substantie een prachtige rood-oranje kleur. De glasblazer dompelt zo’n 2 meter lange holle pijp in de oven en haalt er een rood gekleurd bolletje uit dat de basis is van het glasproduct. Elke keer als de pijp in de hete glasmassa in de oven komt wordt er een nieuwe laag glas toegevoegd. Het gewicht kan aan het eind zelfs oplopen tot 10 kilo.
Door de pijp telkens rond te draaien wordt het glas op de pijp gecentreerd. De glasblazer kan door de holle pijp lucht in het glas blazen waardoor het groeit. Door allerlei technieken wordt het vervolgens in een bepaalde vorm gebracht.
Vaak wordt een mal gebruikt (bevochtigde houten gietvorm). De bol van gesmolten glas wordt gesloten in een mal, de glasblazer blaast door de draaiende pijp totdat het glas tegen de wand van de vorm kleeft. De gietvorm wordt dan opengemaakt en het glas heeft de vorm overgenomen. Verder wordt gewerkt met speciaal papier, schaar, pincet, houtje… Alles dat gebruikt wordt is nat of vochtig. Het vocht geeft namelijk een stoomlaag waardoor het glas glad wordt.
Het glas moet warm blijven om bewerkt te kunnen worden. Daarom gaat het regelmatig terug in de oven zodat het weer zachter wordt en het verwerkt kan worden tot een glazen (kunst)object.
Tijdens het vormen van het glazen product mag het object niet stilgehouden worden. De glasblazer zal de pijp, met daar aan het hete glas, constant moeten ronddraaien om te voorkomen dat het glas één richting uitzakt.
Als het glazen product klaar is wordt het van de pijp afgetikt. Met een grote vork wordt het glasobject in de koeloven geplaatst. Zo’n koeloven is ongeveer 500 graden aan het begin. Daarna zakt de temperatuur langzaam zodat het glas spanningsvrij is en niet spontaan kapot kan barsten.
Na afkoeling is het glaswerk nog niet klaar. De scherpe randen moeten geslepen worden totdat weg zijn gewerkt. Dan pas is de hele proces klaar.